Groeien en ontwikkelen gebeurt met vallen en opstaan. Dit vallen en opstaan kan alleen maar in een veilige omgeving. Een omgeving waar je jezelf kunt zijn, fouten mag maken en kunt leren. Bij alles wat wij willen vertrekt het vanuit veiligheid. Alleen als een kind zich veilig, gezien en gewaardeerd weet komt de ontwikkeling op gang. De alom erkende onderwijspedagoog Luc Stevens spreekt over Autonomie, Competentie en Relatie. Het kanjerbeleid bij ons school is hierin een van de speerpunten.
Met de Kanjertraining en het bijbehorende pestprotocol werken we aan de volgende doelen:
Waarom de Kanjertraining?
Mensen, volwassen en kinderen, hebben het verlangen ‘erbij te horen’. ‘Erbij horen’ vergt bepaalde sociale vaardigheden die het ene kind beter gebruikt dan het andere kind. De Kanjertraining leert kinderen de sociale vaardigheden die nodig zijn om opgenomen te worden in de groep.
Afspraken
Bij de Kanjertraining horen 5 vaste afspraken:
De Kanjertraining gebruikt 4 typetjes die door middel van een petje zichtbaar worden gemaakt. Bij elk typetje hoort een bepaald soort gedrag. Hierdoor krijgen kinderen snel inzicht in hun eigen en andermans gedrag.
Type Konijn (gele pet):
Het konijn is bang en stil. Het vindt zichzelf waardeloos en vindt dat anderen alles beter en mooier kunnen. Het konijn vindt zichzelf zielig en weet niet hoe het de problemen op moet lossen. In de training is dit de gele pet.
Type Pestvogel (zwarte pet):
De pestvogel vindt zichzelf heel goed en alle anderen waardeloos. Hij speelt de baas en vindt zichzelf stoer. De pestvogel heeft weinig respect voor anderen en zoekt het conflict op. In de training is dit de zwarte pet.
Type Aap (rode pet):
De aap is een uitslover en meeloper. Hij vindt zichzelf en anderen waardeloos. De aap is vaak te vinden in gezelschap van de pestvogel. De aap lacht anderen uit en denkt leuk gevonden te worden met grappen, vaak ten koste van anderen. In de training is dit de rode pet.
Type Tijger (witte pet):
De tijger wordt ook wel de kanjer genoemd. De tijger denkt positief over zichzelf en over anderen. Angst, agressie en humor zijn in dit type in evenwicht. De tijger lost de problemen goed op, kan gevoelens onder woorden brengen en zoekt op tijd hulp. In de training is dit de witte pet.
We maken bij de kinderen ook duidelijk het onderscheid tussen de persoon en het gedrag. Door bijvoorbeeld de vraag te stellen: ‘Welk petje past bij hoe jij nu doet?’ koppel je het gedrag los. We zeggen ook niet: ‘ Je bent een pestvogel.’ We zeggen wel:‘ Je gedraagt je als een pestvogel.’ Op deze manier corrigeren we het gedrag, zonder het kind het gevoel te geven dat het wordt afgewezen.
Op school hebben wij een pestprotocol, gerelateerd aan de kanjertraining. Deze is in overleg met de medezeggenschapsraad vastgesteld. Het pestprotocol is te vinden onder het kopje documenten op deze website.